Het lokaal bestuur Sint-Truiden is officieel erkend voor haar pioniersrol in het creëren van een warm en veilig leef- en leerklimaat voor kinderen en jongeren. Als eerste stad in Vlaanderen namen álle lagere scholen deel aan het Finse antipestprogramma KiVa, terwijl de secundaire scholen het STIPP-traject doorliepen. Deze unieke, integrale aanpak maakt van Sint-Truiden een koploper in pestpreventie, niet enkel binnen de schoolmuren, maar ook daarbuiten. Voor die inspanningen ontvangt het lokaal bestuur nu een prijs uitgereikt door het Expertisecentrum Verbindend Onderwijs.
Pesten stopt niet aan de schoolpoort
Pesten is een complex maatschappelijk probleem dat zich afspeelt op school, online én in de vrije tijd. Recente cijfers tonen aan dat 1 op 5 leerlingen in het basis- en secundair onderwijs te maken krijgt met pestgedrag. Het lokaal bestuur beseft dat een structurele, duurzame aanpak noodzakelijk is. Daarom werd gekozen voor wetenschappelijk onderbouwde methodieken die inzetten op groepsdynamiek, herstel en verbindend werken.
Lees verder onder de foto’s.


Sint-Truiden investeerde 70.000 euro in een tweejarig traject waarbij scholen actief ondersteund werden door het Expertisecentrum Verbindend Onderwijs (EVO vzw). Het traject moet leerkrachten meer handvaten geven en zowel leerlingen als ouders bewust maken van de gevolgen van pesten. Het lokaal bestuur engageerde zich om alle scholen mee aan boord te hijsen. Daarom ontvangt ze nu een prijs uit handen van het EVO.
Schepen van Jeugd Gert Stas benadrukt: “Pesten gebeurt al lang niet meer alleen op school, dus moet ons beleid ook breder gaan dan de schoolpoort. Door ook buiten het onderwijs partners te betrekken, zoals jeugd- en sportdiensten, voelt het kind dat hij of zij overal kan rekenen op hulp. Dit creëert een omgeving waar respect en empathie de norm worden en pestgedrag geen ruimte meer krijgt.”
Fusie van kracht: aanpak binnen én buiten school
Het KiVa-programma richt zich niet alleen op de schoolomgeving, net omdat de leefwereld van kinderen en jongeren steeds groter wordt. Sportclubs, jeugdbewegingen, kinderopvang en andere organisaties kregen via de EVO Community-opleiding de kans om dezelfde methodieken te leren toepassen. Hiermee zet Sint-Truiden in op een uniforme aanpak in alle contexten waar kinderen en jongeren samenkomen.
“De inzet van de scholen in Sint-Truiden is bewonderenswaardig. Ze werken hard om een veilige en positieve leeromgeving te creëren, waarin pesten geen plaats krijgt. Hoewel we pesten nooit echt kunnen uitsluiten, kan de aanpak ervan een groot verschil maken in pestcijfers en de beleving van de slachtoffers en de groep. Wat deze aanpak nog sterker maakt, is de focus op de bredere gemeenschap. Door niet alleen in scholen, maar ook in sportclubs, jeugdbewegingen en andere organisaties aandacht te besteden aan verbindend werken, zetten we het kind centraal. Dit zorgt ervoor dat kinderen en jongeren zich overal ondersteund zullen voelen en kunnen opgroeien in een omgeving waar respect en empathie de norm zijn”, zegt Anoek Smeyers van EVO vzw.
Concrete aanleiding
“Het startschot voor dit antipestbeleid werd gegeven na een voorval van zware pesterijen in onze stad. We merken dat pesten de laatste jaren een steeds groter probleem wordt, dat gebeurt dat vooral online. De voltallige gemeenteraad stond achter dit initiatief omdat het gebaseerd is op wetenschappelijke inzichten. We zijn trots dat élke school in Sint-Truiden mee op de kar is gesprongen. We gaan dit blijvend in de kijker zetten, zodat het antipestbeleid stevig verankerd blijft. We gaan terugkomdagen en herhalingsmomenten organiseren voor nieuwe leerkrachten. Zo blijft het project duurzaam”, aldus burgemeester Ludwig Vandenhove.
Sneller ingrijpen en weg naar herstel
Schepen van Onderwijs Katrien Bomans vult aan: “Pesten laat diepe sporen na. Niet alleen bij slachtoffers, maar ook bij pesters en zwijgende omstaanders. Als het geen emotionele littekens achterlaat, dan kan het zorgen voor schooluitval of verminderde schoolprestaties. Dankzij methodieken als KiVa en STIPP kunnen scholen sneller ingrijpen én inzetten op herstel. Dat maakt het verschil. We willen dat élk kind in onze stad zich veilig, gezien en gesteund voelt.”